Als vrouw hogerop komen? Toon dan meer lef
Bijna de helft van de Nederlandse bedrijven neemt meer vrouwelijke managers aan, maar Nederland heeft nog maar weinig vrouwen op echte topposities. Dat komt door gebrekkige faciliteiten, maar ook door gebrek aan lef van vrouwen zelf. Aldus onderzoek van Michael Page.
Meer vrouwelijke managers
Het aantal vrouwelijke managers is de afgelopen jaren flink toegenomen, maar de groei zit voornamelijk in het middenmanagement. Bijna de helft van alle bedrijven in het onderzoek van Michael Page geeft aan dat er op dit moment meer vrouwen in managementposities werken dan vijf jaren geleden. Uit CBS-gegevens blijkt dat vrouwen iets meer dan een kwart van de managementlaag vormen in Nederland.
Internationaal gezien, doet Nederland het nog erg slecht op de ranglijst van vrouwen in topposities. Want in het senior management zijn vrouwen nog altijd ondervertegenwoordigd. Dat percentage ligt rond de 11 procent, terwijl het gemiddelde in Europa rond de 23 procent ligt.
Buurlanden hebben vrouwenquotum
In de ons omringende landen zijn wetten aangenomen die het glazen plafond moeten doorbreken. Zo moeten de raden van bestuur van grote beursgenoteerde bedrijven in België tegen 2017 voor minstens een derde uit vrouwen bestaan. In Duitsland moeten bedrijven vanaf dit jaar minstens 30% vrouwen op topposities benoemen. In Nederland is vooralsnog afgezien van een vrouwenquotum.
Vrouwen moeten meer lef tonen
Vrouwen kunnen zelf veel kunnen doen om aan de top te komen, aldus Mischa Voogt, Managing Director bij Michael Page Nederland. “Je betreedt een beetje een mijnenveld wanneer je je hierover uitspreekt, maar in de dagelijkse praktijk zie ik een essentieel verschil tussen mannen en vrouwen als het aankomt op lef.” Voogt vindt dat vrouwen zich de bravoure van mannen wat meer eigen moeten maken. “Vraag ik aan een zaal vol mannelijke kandidaten wie klaar is voor een volgende stap in zijn carrière, dan gaan alle handen omhoog. Stel ik dezelfde vraag aan een zaal vol vrouwen, dan steekt bijna niemand haar vinger op.”
Het idee dat een fulltime baan slecht te combineren is met kinderen, wil Voogt vanuit haar eigen ervaring nuanceren. Zelf moeder van twee kinderen, fulltime werkend, met een partner die ook fulltime werkt, bewijst ze dat het wel degelijk mogelijk is. “Zolang je voor structuur en duidelijkheid zorgt, hoeft fulltime werken geen probleem te zijn. Kinderopvang is niet goedkoop, maar omdat je een goede baan hebt, heb je ook de middelen om het goed te regelen.”
Tijdelijk stoppen betekent inkomensverlies
Voogt waarschuwt vrouwen dat wanneer ze tijdelijk stoppen of minderen met werken, ze voor de lange termijn kiezen voor inkomensverlies. Dan is het vaak moeilijk om weer op hetzelfde niveau aan de slag te gaan. Maar tegelijkertijd zijn er natuurlijk ook stappen die de samenleving kan zetten om de gelijkheid te bevorderen.
Zo hebben in Scandinavische landen mannen recht op hetzelfde aantal maanden zwangerschapsverlof als vrouwen, is de kinderopvang goedkoper en sluit het schoolsysteem beter aan op de werktijden dan in Nederland. Volgens Voogt zijn dit voorwaarden om een gelijke uitgangspositie tussen mannen en vrouwen te creëren.
Moeilijk om niet te discrimineren
“Een probleem op de Nederlandse arbeidsmarkt is dat het voor veel werkgevers moeilijk is om een keuze te maken die niet discriminerend is.”, stelt Voogt. “Heb je bijvoorbeeld de keuze tussen een vrouw die net getrouwd is en een man die net getrouwd is, dan is het waarschijnlijker dat de vrouw binnen afzienbare tijd met zwangerschapsverlof zal gaan. We zeggen weliswaar vanuit de wetgeving dat je daar niet naar mag kijken, maar de feiten liggen er wel.”
“Wanneer we het verlof gelijkschakelen, dan is dat iets wat niet meer meeweegt. Ook de kinderopvang en ons schoolsysteem zouden fulltime werkende ouders beter kunnen ondersteunen: kinderopvang is erg duur in Nederland en wanneer de schooltijden aan zouden sluiten op de werktijden, dan is het voor veel vrouwen alweer een stuk eenvoudiger om een toppositie na te streven.”
Bron: personeelsnet
Volg ons