Hardlopen toch niet zo’n goed middel tegen depressies
Lichamelijke activiteit is veel minder effectief tegen depressie dan vaak wordt aangenomen. Het verband is zwak en er zijn grote individuele verschillen. Sommigen gaan zich na lichamelijke inspanning zelfs slechter voelen. Er is dan ook geen wetenschappelijke grond om sporten of bewegen in te voeren als therapie om depressies te behandelen of te voorkomen. Dat meent onderzoeker Nikolaos Stavrakakis, die vandaag aan de Rijksuniversiteit Groningen promoveert.
Met enige regelmaat concluderen optimistische studies dat depressieve symptomen bij volwassenen verminderen door beweging en sport. Volgens Stavrakakis zijn de gevonden effecten klein en doen ze zich lang niet bij iedereen voor. De studies negeren bovendien de vraag naar oorzaak en gevolg. Misschien is gebrek aan beweging niet de oorzaak van een depressie maar het gevolg ervan en hebben depressieve mensen geen zin om lichamelijk actief te zijn.
In zijn eigen studie onder 2.200 jongeren, die van hun 11de tot hun 16de werden gevolgd, vond Stavrakakis dat het allebei waar is. Weinig beweging kan zowel oorzaak als gevolg zijn van depressieve gevoelens. Het verband tussen bewegen en depressie betreft overigens alleen de stemmingsproblemen die met een depressie gepaard gaan. De fysieke kenmerken van depressiviteit, zoals gebrek aan eetlust, weinig energie en slapeloosheid, hebben volgens Stavrakakis geen enkele relatie met bewegen.
In een andere deelstudie onderzocht Stavrakakis vijf jaar lang of jongens en meisjes die aan wedstrijdsport doen daarmee een depressie kunnen voorkomen. Dat bleek niet het geval.
Volg ons