Zo werkt snellezen: het Master Read System!

Als je succes wilt boeken bij snellezen dan is het belangrijk dat je de 10 pijlers van het Master Read System aanhoudt. Ze zorgen ervoor dat je jouw oude leesgewoonten loslaat en inwisselt voor nieuwe (betere) eigenschappen.

Let op: pas dit elke keer als je leest systematisch toe. Op deze manier wordt het een routine en daarmee voor jou 2e natuur. Je brein schiet dan bij de gedachte aan lezen automatisch de snelleesstrategie af.

1. Je begint pas met lezen als je gemotiveerd bent. Als je motivatie verzwakt, dan verlies je focus en daarmee ook je snelheid. Jouw brein wil tijdens het lezen dan andere dingen doen! Ben je niet gemotiveerd? Dit betekent dat je jezelf moet activeren met tegenovergestelde vragen. Bijvoorbeeld: welke drie faseringen kloppen geheel niet? Welke 5 tips geef ik de schrijver als ik hem tegenkom? Door jezelf triggervragen te stellen verhoog je jouw focus. Je activeert hiermee je brein om het antwoord op deze vragen te vinden. Zorg als je leest voor een optimale leesomgeving met voldoende licht, de juiste materialen en een rustige omgeving.
2. Kijk vanuit een zo breed mogelijk blikveld naar de tekst. Dit kunt je bereiken door dromend naar de tekst te kijken en waar te nemen of je de hoeken van de pagina, zowel onder als boven, tegelijkertijd kunt zien. Je verplaatst hierdoor als het ware je fixatiepunt net achter jouw leesvoer. De tekst komt dan in zijn geheel meer naar voren. Hierdoor focus je niet enkel meer op details, maar leest je meer vanuit je perifere gezichtsveld.
3. Ontspan en breng je ademhaling naar beneden. Je kunt hiervoor een aantal dingen doen:
   a) Leg je hand ongeveer 5 centimeter onder je navel. Adem langzaam in de richting van je handen en langzaam weer uit.
4. Ga rechtop zitten met beide voeten stevig op de vloer. Houd je hoofd recht en het leesvoer recht voor je op een afstand van 40-60 centimeter.
5. Verken voordat je gaat lezen de stof. Scan en skim de tekst. Blader rustig door en neem waar hoe de tekst is opgebouwd, wat de schrijfstijl is van de schrijver, waar bepaalde informatie zich bevindt. Sla deze stap nooit over.
   a) Kijk naar voorkant en achterkant boek
   b) Inhoudsopgave
   c) Verwijzingen naar door de schrijver gelezen boeken om je persoonlijke kennis te activeren.
   d) Kopjes
   e) Inleidingen
   f) De eerste en laatste regel van de alinea (waar de kernzin vaak staat).
6. Stel jezelf vooraf vragen over je kennis, het doel, de inhoud en over de auteur die als focuspunten dienen tijdens en na het lezen.
7. Bepaal je leesroute en -modus. In welke volgorde lees je de tekst en wat lees je wel en niet. Je leest een tekst met een lage snelheid als je studerend leest en bij moeilijke teksten. Bij teksten die je alleen informerend zou willen lezen of al een keer gelezen hebt zou je tot 10 x sneller kunnen lezen. Een snellezer varieert namelijk zijn snelheid aangepast op doelstelling, tijd en moeilijkheidsgraad van een tekst.
8. Voordat je begint met lezen, breng je door je ademhaling, je hersenen naar Alpha-staat: je meest alerte en ontspannen leerstaat. Je leest dan in een consistent tempo zonder onderbrekingen. Je leest met een pointer = vinger = aanwijzer = regulator = markeerstift, die jouw focus verbetert en die hogere snelheden mogelijk maakt. Je kijkt tijdens het lezen niet terug en staat ook niet stil bij begrippen die je niet begrijpt. Je springt al zeker niet heen en weer door de tekst. Je focust op het lezen van grote blokken tekst (logische clusters) in plaats van losse woorden. Je leest altijd op hoge snelheid (gemiddeld 100 wpm sneller dan je laatste en hoogste leessnelheid). In de training bekommeren we ons eerst om snelheid en later om begrip.
9. Arceer kernwoorden en probeer deze door een samenvatting aan elkaar te verbinden. Verbeeld en koppel oude en nieuwe kennis aan elkaar. Je gebruikt meerdere krachtige geheugentechnieken om informatie eenvoudig en snel op te slaan.
   Gebruik al je zintuigen tijdens dit leesproces: de logische, rationele en analytische elementen van je linker hersenhelft en de creatieve, verbeeldende, ruimtelijke elementen van je rechter hersenhelft. Verwerk dit multidimensionele waarnemen in een visueel schema, zoals een mindmap of een conceptmap.
10. Ontspan een moment en roep de informatie terug die je nodig hebt. Communiceer dit in mondelinge, schriftelijke of visuele vorm aan jezelf of aan anderen.

Zin in een workshop, training of online training snellezen of wil je een inspirerende spreker die interactief jouw team leert hoe snellezen, mindmappen en geheugentraining werkt? Meld je dan aan via onze website.

Geschreven door: Wout Plevier