Wat is juist: ookal of ook al?
Het Nederlands zit vol met kleine valkuilen, zeker als het gaat om woorden die vaak verkeerd aan elkaar of los van elkaar worden geschreven. Een van die veelvoorkomende taaltwijfels is het gebruik van “ook al”. Moet het nu wel of niet aan elkaar? En hoe zit het met vergelijkbare woorden zoals “alsook”? In dit artikel duiken we in deze taaltwijfels.
Wat betekent “ook al” en hoe gebruik je het?
“Ook al” bestaat uit twee losse woorden en gebruik je om aan te geven dat iets gebeurt, ondanks een andere, tegenstrijdige situatie.
Bijvoorbeeld:
- Ook al regent het, gaan we toch wandelen.
In dit voorbeeld geeft de zin aan dat ondanks de regen, de beslissing om te wandelen niet verandert.
Belangrijk om te onthouden is dus dat “ook al” altijd los wordt geschreven. Dit komt omdat “ook” en “al” vaak samen voorkomen, maar elk hun eigen betekenis behouden en daarom niet samensmelten tot één woord.
Is het “alsook” of “als ook”?
Er is soms verwarring over wanneer je “alsook” aan elkaar schrijft en wanneer je “als ook” los schrijft. Laten we dat verduidelijken.
“Alsook” gebruik je als je iets toevoegt aan wat je eerder hebt genoemd. Het betekent hetzelfde als “en ook.”
Bijvoorbeeld:
- De secretaresse alsook de manager waren bij de vergadering.
Hier zeg je eigenlijk: “De secretaresse en ook de manager waren bij de vergadering.” Daarom schrijf je “alsook” aan elkaar.
Er zijn situaties waarin “als” en “ook” los van elkaar worden geschreven, maar dan hebben ze niet dezelfde betekenis als het aan elkaar geschreven is.
Hieronder een aantal voorbeelden:
- Hij kreeg dezelfde resultaten als ook zijn collega had voorspeld.
Hier betekenen “als” en “ook” niet samen “en ook”; ze behouden hun eigen functie in de zin. - De instructies waren zo duidelijk als ook gedetailleerd.
In deze zin werken “als” en “ook” afzonderlijk; het betekent niet “en ook”.
Zoals je hierboven leest, kan je deze zinnen ook anders schrijven. Het is dan toch wat beter leesbaar.
Bijvoorbeeld:
- Hij kreeg dezelfde resultaten als jij, en ook zijn collega voorspelde hetzelfde.
- De instructies waren duidelijk, maar ook zeer gedetailleerd.
Is het “tezamen” of “te zamen”?
Het antwoord op deze vraag is vrij eenvoudig: “te zamen” wordt nog zelden gebruikt in het moderne Nederlands. Deze vorm komt vooral voor in oudere teksten en heeft dezelfde betekenis als “tezamen.” Tegenwoordig wordt echter bijna altijd de aaneengeschreven vorm “tezamen” gebruikt.
Voor het gemak kun je dus onthouden dat “tezamen” aan elkaar wordt geschreven wanneer het “samen” of “in totaal” betekent. Dit woord wordt nog regelmatig gebruikt in formele of juridische contexten.
Bijvoorbeeld:
- De werknemers werden tezamen geïnformeerd over de nieuwe richtlijnen.
In deze zin betekent “tezamen” dat alle werknemers gezamenlijk, in één keer, op de hoogte werden gebracht van de informatie.
Andere praktische taalvragen:
- Kan je of kun je? Zo maak je de juiste keuze
- Is het e-mailadres of e-mail adres?
- Is het een ieder of eenieder?
Volg ons