Nooit meer een dt-fout fout maken?
Of je nu een snelle e-mail naar je manager stuurt of een formeel verslag opstelt, dt-fouten sluipen er makkelijk in. Twijfel je over “jij word” of “jij wordt”? Of misschien over “vindt je” of “vind je”? Geen paniek, we hebben allemaal weleens dat moment van twijfel. In dit artikel leggen we je uit hoe je dt-fouten voorkomt, met handige tips en voorbeelden. Lees snel verder, en dt-fouten worden verleden tijd!
1. Wanneer gebruik je -dt?
Dt-fouten zijn een veelvoorkomende valkuil in de Nederlandse taal. Ze ontstaan vooral bij vraagzinnen of als het onderwerp “jij”, “hij” of “zij” is. Een veelgestelde vraag is bijvoorbeeld: “Is het vindt je of vind je?” Het antwoord is simpel: in een vraagzin waarin “je” achter het werkwoord staat, gebruik je altijd de stam. Het is dus “vind je”.
Voorbeeld:
- Correct: Jij vindt het leuk.
- Correct: Vind je dit leuk?
- Fout: Vindt je dit leuk?
Waarom? Bij een vraag zoals “Vind je dit leuk?” staat “je” achter het werkwoord, en daarom gebruik je de stam.
Voorbeelden:
- Correct: Jij wordt, hij verandert, zij organiseert.
- Fout: Jij word, hij verander, zij organiseer.
Waarom? Het onderwerp “jij” staat hier vóór het werkwoord, dus het krijgt een “t”. Maar als “jij” achter het werkwoord staat (zoals in een vraag), blijft de stamvorm over: “Vind jij het leuk?”.
2. De regel voor tegenwoordige tijd
De tegenwoordige tijd is makkelijker dan je denkt als je deze regels kent:
- Ik-vorm: ik + stam (ik loop, ik word).
- Jij-vorm:
- Stellende zin: stam + t (jij loopt, jij wordt).
- Vraagzin: stam (vind jij, word jij).
- Hij/zij/het-vorm: stam + t (hij loopt, zij wordt).
- U-vorm: stam + t (u loopt, u wordt).
Let op bij vraagzinnen! Bij vraagzinnen zoals ‘vind je dit leuk?’ blijft het werkwoord in de stamvorm. Het is dus nooit ‘vindt je’, omdat ‘je’ achter het werkwoord staat. Onthoud: ‘vind je’ is correct in een vraag.”
3. Trucjes om fouten te vermijden
Truc 1: Ik drink nooit thee
Dit klassieke ezelsbruggetje is een lifesaver. Het herinnert je eraan dat je in de tegenwoordige tijd nooit een “d” achter een werkwoord zet.
- Voorbeeld: “Jij loopt naar de vergadering.” En dus niet: “Jij loopd naar de vergadering.”
Truc 2: Vervang ‘je’ door ‘jij’
Wanneer je twijfelt of “je” het onderwerp is, vervang het dan door “jij”. Als de zin nog steeds klopt, krijgt het werkwoord een “t”.
- Voorbeeld 1:
“Je schrijft het verslag morgen.”
→ “Jij schrijft het verslag morgen.” → Klopt! - Voorbeeld 2:
“Je ziet de fout niet.”
→ “Jij ziet de fout niet.” → Correct, dus “ziet” krijgt een “t”. - Voorbeeld 3:
“Je helpt hem met de notulen.”
→ “Jij helpt hem met de notulen.” → Klopt, dus “helpt” krijgt een “t”.
Truc 3: Gebruik een standaardwerkwoord
Twijfel je over “word jij” of “wordt jij”? Vervang het dan door een werkwoord zoals “lopen”.
- Voorbeeld: Denk aan “loop jij” → klopt, dus “word jij” is ook correct.
4. Veelgemaakte fouten met voorbeelden: is het vindt je of vind je?
Hier zijn veelvoorkomende fouten, inclusief uitleg waarom ze fout zijn:
- Fout 1: “Jij verander het plan.”
Correct: “Jij verandert het plan.”
Waarom? Jij + stam + t = verandert. - Fout 2: “Vind je dit een goed idee?”
Correct: “Vind je dit een goed idee?”
Waarom? In een vraagzin staat “je” achter het werkwoord, dus geen “t”. - Fout 3: “De gids vind je nooit meer terug.”
Correct: “De gids vindt je nooit meer terug.”
Waarom? De gids (hij/zij) is het onderwerp, dus stam + t.
5. De gebiedende wijs en verleden tijd
Bij de gebiedende wijs geef je een opdracht, zoals “Blijf rustig” of “Schrijf het op”. Hier hoef je nooit een “t” of “d” toe te voegen.
- Voorbeeld: “Loop naar het kantoor.” Niet: “Loopt naar het kantoor.”
Bij voltooid deelwoorden gebruik je geen -dt. De stamregel bepaalt of het woord eindigt op een “d” of “t”:
- Voorbeeld 1: “Ik leefde” → dus “geleefd”.
- Voorbeeld 2: “Ik klopte” → dus “geklopt”.
Twijfel je? Vervoeg het werkwoord in de verleden tijd. Het laatste geluid van de stam bepaalt of je “d” of “t” schrijft.
Wil je meer taaladviezen? Bekijk dan ook deze handige artikelen:
- Wanneer gebruik je een komma? Leer wanneer en hoe je een komma correct plaatst in je zinnen.
- Veelgebruikte afkortingen in zakelijke e-mails. Ontdek hoe je professioneel communiceert met afkortingen zoals ‘m.b.t.’ en ‘d.w.z.’.
- Dt-fouten: 7 gouden tips om ze te voorkomen
Volg ons